Als kind reed ik regelmatig met mijn vader met de auto door Aerdenhout, op weg naar familie in Bentveld of naar het strand van Zandvoort. Mijn vader had een hekel aan filerijden en vermeed daarom de hoofdweg naar Zandvoort, die vaak vaststond. Hij koos liever voor sluiproutes langs donkere lanen met eeuwenoude bomen. Een van die wegen, omsloten door statige villa’s, is de Bentveldsweg. Op de hoek van de Bentveldsweg en de Zwarteweg – onderaan de heuvel - viel mij altijd iets bijzonders op: een hoge, sierlijke, ietwat verweesde theekoepel, zichtbaar vanaf de straat. Met zijn barokke ornamenten was het een vreemde, maar intrigerende verschijning te midden van de veel nieuwere architectuur in de omgeving. Toen ik in november deze frisse pasteltekening van Anton Koster in handen kreeg, kwamen die herinneringen direct terug. Ik kocht het werk en verdiepte mij in de fascinerende geschiedenis ervan.

Anton Koster in Heemstede
Antonie Lodewijk Koster (1859-1937), een veelzijdig Nederlandse kunstenaar, werd kennelijk ook getroffen door de charme van het theehuis. Koster, die in Den Haag studeerde en tijdens een reis door Frankrijk door het impressionisme werd beïnvloed, staat vooral bekend om zijn schilderijen van bloembollenvelden. Deze specialisatie leverde hem de bijnaam ‘Anton Tulp’ op. In 1902 verhuisde Koster naar Haarlem en vestigde zich in 1905 definitief in Heemstede, waar hij deze pastel vervaardigde.
De tekening toont het statige rijksmonument Bosch en Hoven. De kale bomen suggereren een herfst- of vroege winterdag. Met virtuoze penseelachtige bewegingen brengt Koster het landschap tot leven in pastelkrijt. Het lichtblauw van de lucht contrasteert met de warmere aardetinten van de koepel en het groen van de achtergrond. Het lijnenspel van de bomen leidt het oog van de kijker de compositie in, terwijl een gedetailleerd uitgewerkt ornament rechtsonder een decoratieve toets toevoegt. Maar de oplettende kijker merkt iets bijzonders op: de locatie van het theehuis is niet correct.

Landgoed Bosch en Hoven & de nachtelijke verhuizing
De theekoepel stond oorspronkelijk niet in Aerdenhout, maar op het gelijknamige landgoed Bosch en Hoven in Heemstede, gelegen aan de Herenweg. Het achthoekige theehuis, met zijn barokke kroonlijst en sierlijke koepeldak, werd in de 18e eeuw gebouwd als rustpunt voor de gentry van het landgoed. Het theehuis was ingebouwd in de omheiningsmuur – zo had men het beste uitzicht over het landgoed én het leven daarbuiten – en fungeerde als een markant herkenningspunt langs de doorgaande weg. Aan het begin van de 20e eeuw raakte Bosch en Hoven in verval. In 1933 verwoestte een brand het hoofdgebouw, dat kort daarna werd gesloopt. De theekoepel ontsnapte aan dit lot: enkele jaren eerder, in 1927, werd het gebouw verkocht aan een nieuwe eigenaar.
De heer C.J. van Tienhoven, destijds eigenaar van Villa ‘Klein Bentveld’, besloot dat het theehuis een plek op zijn landgoed verdiende. Toen hij hoorde dat het theehuis dreigde te worden gesloopt om ruimte te maken voor de verbreding van de weg, liet hij de historische koepel voor een flinke som geld zorgvuldig verplaatsen. Een groot project met logistieke uitdagingen. De koepel werd nauwgezet steentje voor steentje afgebroken en verplaatst, maar het koepeldak – een letterlijk loodzwaar gevaarte van ruim vier meter hoog en zes meter in diameter – moest in één stuk worden vervoerd. De binnenzijde was bekleed met fraai stucwerk dat tijdens het transport intact moest blijven.

Bouwbedrijf Rijnierse uit Overveen, koninklijk hofleverancier, kreeg de opdracht het dak te verplaatsen. Hiervoor werd een houten constructie gebouwd, waarmee het dak op een grote kar werd geplaatst. Paarden trokken de kar vier kilometer lang, terwijl tientallen mannen het dak stabiliseerden om de last door smalle weggetjes te loodsen. Om verkeershinder te voorkomen, vond de operatie ’s nachts plaats. Het resultaat was een indrukwekkende nachtelijke stoet, waarvan een foto bewaard is gebleven. Tegen de ochtend bereikte het dak zijn nieuwe bestemming, klaar om op het bouwwerk te worden getakeld.
Vandaag de dag staat het nostalgische theehuis nog steeds in de tuin van Villa ‘Klein Bentveld’ in Aerdenhout. Het is een stille getuige van zijn eigen geschiedenis – van grandeur tot verval, van afbraak en wederopbouw. Zoals deze pastel van Anton Koster mij eraan herinnert: kunst kan ons terugvoeren naar plekken en tijden die we dachten te zijn vergeten.
